Meer dan één op vier Belgen werd al slachtoffer van een inbraak tijdens enkele dagen afwezigheid
Brussel, 20 mei 2025 – Binnenkort vertrekken weer heel wat families op vakantie. Helaas worden tijdens hun afwezigheid niet altijd de nodige maatregelen genomen om hun woning goed te beveiligen. Uit een enquête bij meer dan 1.000 Belgen 1, uitgevoerd in opdracht van Verisure - de marktleider in alarmsystemen met telebewaking voor particulieren en KMO’s - blijkt dat er een gevoel van onveiligheid heerst. Niet onterecht, want 28% van de ondervraagde Belgen is al eens slachtoffer geweest van een inbraak terwijl ze niet thuis waren. Bovendien heeft 51% van de personen die te maken kregen met een veiligheidsincident met betrekking tot hun woning, hun reis al onderbroken of overwogen om dat te doen.
Inbraken werpen een schaduw over vakantieplannen
Het gevoel van onveiligheid neemt vaak toe als men op vakantie vertrekt, zeker wanneer men voor langere tijd afwezig is. Sommige mensen ervaren zelfs intense stress bij het idee iets vergeten te zijn, zoals een deur die niet goed gesloten werd of een raam dat nog openstaat. Maar liefst 66% van de Belgen geeft aan niet ten volle van hun vakantie te kunnen genieten omdat ze zich zorgen maken over de veiligheid van hun woning.
Die bezorgdheid is niet ongegrond: van de mensen die al eens slachtoffer waren van een inbraak of poging daartoe, geeft 50% aan dat het incident plaatsvond na een afwezigheid van meer dan 24 uur. Het verband tussen de duur van de afwezigheid en het waargenomen risico versterkt de angst van veel Belgen om hun woning meerdere dagen onbewoond achter te laten. Paradoxaal genoeg weerspiegelen de genomen voorzorgsmaatregelen deze bezorgdheid niet altijd. Zo vertrouwt 50% van de Belgen de beveiliging van hun woning toe aan familie of vrienden en 34% aan buren. Opvallend is dat slechts 32% beschikt over een alarmsysteem en dat 15% zelfs geen enkele vorm van beveiligingsmaatregelen neemt.
Materiële en psychologische schade
De ongerustheid van de Belgen is echter niet zonder reden: 74% van de slachtoffers van een poging tot inbraak of een inbraak troffen bij thuiskomst hun woning beschadigd aan en soms met aanzienlijke schade. In Vlaanderen meldt twee op de drie slachtoffers schade, waarvan 21% aanzienlijke schade en 45% lichte beschadigingen. In Wallonië is het beeld bijna identiek: drie op vier slachtoffers rapporteert schade waarvan 26% ernstige schade en 51% kleinere beschadigingen.
Maar naast de materiële schade laat een inbraak ook vaak psychologische sporen na. 64% van de mensen die met een inbraak of poging daartoe geconfronteerd werden gaf aan dat ze nadien moeite hadden om opnieuw gemoedsrust te vinden en het gewone leven te hervatten. Deze cijfers tonen duidelijk aan dat inbraken een diepe impact hebben, niet alleen op het materieel vlak, maar ook op het mentaal welzijn van de slachtoffers.
Inbraken worden niet altijd aangegeven bij de politie
Een ander opvallend feit: meer dan één op de vijf Belgen die al eens slachtoffer waren van een (poging tot) inbraak, gaf dit niet aan bij de politie.
"Uit ons onderzoek blijkt dat 22% van de Belgische bevolking inbraak(pogingen) in hun woning niet aangeeft bij de politie. Dat is een verontrustende vaststelling," zegt Vincent Rousseau, Managing Director bij Verisure België. "Nochtans is het van groot belang dat elke burger zich bewust is van het belang om elk crimineel feit of poging daartoe te melden. Achter elk cijfer schuilt een gezin, een persoon wiens dagelijks leven overhoop werd gehaald. Deze cijfers tonen aan hoe essentieel het is om zich thuis veilig te kunnen voelen, zeker wanneer men enkele dagen op vakantie vertrekt."
1 Onderzoek in opdracht van Verisure, uitgevoerd in maart 2025 door Dedicated bij een panel van 1.003 Belgen.